Zilveren knottekistje/Silver wedding casket

Dit zilveren kistje wordt een knottekistje genoemd. Het kistje vindt zijn oorsprong in de Friese huwelijkstraditie. Bij een huwelijksaanzoek kreeg de aanstaande bruid geld aangeboden in een doek (een ‘knot’). Als zij deze knottedoek aannam, was het stel officieel verloofd. Naarmate de welvaart toenam werden de doeken voor kistjes verruild. De meeste knottekistjes zijn van zilver, rechthoekig van vorm en hebben een halfrond deksel. Op het knottekistje van De Witte Zwaan is een voorstelling met de liefdesgod Amor die omgeven is door bloemen, te zien.  

This silver casket is called a ‘knottekistje’. The casket finds its origins in the Frisian wedding tradition. When a marriage proposal was made, the bride-to-be was offered money in a cloth (a ‘knot’). If she accepted this cloth, the couple was officially engaged. As the economy grew, the cloths were replaced by caskets. Most knottekistjes are made of silver, rectangular in shape and have a half-round lid. The casket at De Witte Zwaan features a depiction of Amor, the god of love, surrounded by flowers. 

Schotel van blauw en wit kraakporselein/Plate of blue and white Kraak porcelain

Dergelijk porselein werd in China voor de Europese markt geproduceerd. Om de producten aantrekkelijker te maken, werden motieven van Westerse tekeningen en prenten in de decoratie verwerkt. Op deze schotel is zowel de spitse Turkse tulp als de Europese bredere tulp afgebeeld. De naam van het porselein is afgeleid van de schepen waarmee de Portugezen aan het begin van de 17de eeuw het porselein naar Europa vervoerden, de zogenaamde kraak of caracca.  

Porcelain like this was produced in China for the European market. To make the products more appealing, motifs from Western drawings and prints were incorporated into the decoration. This dish depicts both the pointy Turkish tulip and the broader European tulip. The name of the porcelain derives from the ships used by the Portuguese to transport porcelain to Europe at the beginning of the 17th century, known as kraak or caracca. 

Bloemstilleven met een Iris hispanica/Still life with flowers and an Iris hispanica

Middelburg was in de 17de eeuw een belangrijke havenstad, die qua rijkdom alleen door Amsterdam werd overtroffen. Deze welvaart zorgde voor een bloeiende plaatselijke schilderschool. Het schilderen van bloemstillevens ontwikkelde zich tot een specialisatie, mede onder invloed van Antwerpse refugiés. Bloemstillevens werden niet ‘naar het leven’ geschilderd, maar door de schilder samengesteld op basis van studies en waren niet gebonden aan een bepaald seizoen. Bloemen uit verschillende seizoenen konden hierdoor gecombineerd worden tot één boeket. 

In the 17th century, Middelburg was an important harbour city, surpassed in wealth only by Amsterdam. This prosperity led to the flourishing of a local school of painting. The painting of floral still lifes developed into a specialisation, partly under the influence of refugees from Antwerp. Flower still lifes were not painted ‘from life’, but were composed by the painter on the basis of studies and were not tied to a particular season. Flowers from different seasons could thus be combined into one single bouquet. 

Het einde van het tulpenseizoen/The end of the tulip season 

August Lüdecke-Cleve was een impressionistisch landschapsschilder. Hij schilderde veel boerenlandschappen, vaak op groot formaat. Tussen 1906 en 1926 maakte Lüdecke-Cleve een aantal reizen naar Nederland met als hoofddoel het schilderen van bloeiende bloembollenvelden. Het schilderij in de collectie van De Witte Zwaan toont een bollenkwekerij in de buurt van Noordwijk. Op het schilderij zijn de tulpen al gekopt. De bloemen liggen op een vlet (een soort boot) om afgevoerd te worden. Lüdecke-Cleve maakte tijdens zijn verblijf in Nederland studies van bollenvelden, die in zijn atelier in München werden omgewerkt tot schilderijen. 

August Lüdecke-Cleve was an impressionistic landscape painter. He painted many rural landscapes, often in large formats. Between 1906 and 1926, Lüdecke-Cleve made a number of trips to the Netherlands, with the main purpose of painting flowering bulb fields. The painting in the De Witte Zwaan collection shows a bulb farm near Noordwijk. In the painting, the tulips have already been cut. The flowers are lying on a ‘vlet’ (a type of boat) to be transported away. During his stays in the Netherlands, Lüdecke-Cleve made studies of bulb fields, which he later turned into paintings in his studio in Munich.

Servies van eierschaalporselein/Eggshell porcelain tableware

Dit servies is gemaakt van zeer dun, wit porselein dat door deze kenmerken eierschaalporselein wordt genoemd. In de 19de eeuw was dit soort porselein enorm populair bij verzamelaars en musea. Het was de specialiteit van de Plateelfabriek Rozenburg in Den Haag. Een van de belangrijkste plateelschilders van de fabriek was Sam Schellink (1876-1958). Hij was verantwoordelijk voor zowel het ontwerpen van de decoratie als het beschilderen van de producten. In 1914 sloot de fabriek zijn deuren. De productie, inclusief de voorraad nog onbeschilderd porselein, ging over naar Tegel- en Fayencefabriek Amphora in Oegstgeest. Schellink stapte ook over.

This tableware has been made of very thin, white porcelain, which is referred to as eggshell porcelain due to these characteristics. In the 19th century, this type of porcelain was extremely popular with collectors and museums. It was the speciality of the Plateelfabriek Rozenburg in The Hague. One of the factory’s most important pottery painters was Sam Schellink (1876-1958). He was responsible for both the design of the decoration and the painting of the product. In 1914, the factory closed its doors. Production, including the stock of unpainted porcelain, was transferred to Tegel- en Fayencefabriek Amphora in Oegstgeest. Schellink also transferred to this factory.

Willem van Leen ‘Bloemstilleven’/‘Flower still life’

Willem van Leen behoort tot de belangrijkste Nederlandse bloemenschilders van de late 18de eeuw. Hij werd in 1753 geboren in Dordrecht, waar zijn vader een kunst- en sieradenwinkel had. Na scholing bij zijn vader ging Willem in de leer bij andere Dordtse schilders. In 1773 trok hij naar Parijs, waar hij zich toelegde op het schilderen van bloemen. In 1795 keert hij terug naar Nederland als een gevierd schilder van stillevens en bloemen. Van Leen staat vooral bekend om zijn interieurdecoraties voor schoorsteenmantels, overdeuren, etc. Dit schilderij is waarschijnlijk bedoeld voor montage in een wand van een kamer, misschien boven de schoorsteenmantel.

Willem van Leen was one of the most important Dutch flower painters of the late 18th century. He was born in Dordrecht in 1753, where his father had an art and jewellery shop. After training with his father, Willem studied under other painters in Dordrecht. In 1773, he moved to Paris, where he devoted himself to painting flowers. In 1795, he returned to the Netherlands as a celebrated painter of still lifes and flowers. Van Leen is best known for his interior decorations for mantelpieces, overdoors, etc. This painting was probably intended to be mounted on a wall in a room, perhaps above the fireplace.

Tulpenvazen/Tulip vases

Ook hedendaagse kunstenaars ontwerpen tulpenvazen – vazen met tuiten – geïnspireerd op de blauwwitte bloempiramides, waarmee de Delftse aardewerkfabrieken in de 17de eeuw furore maakten. Die vazen werden overigens ook gebruikt voor andere bloemen dan tulpen; de naam tulpenpiramide of tulpenvaas kwam pas in de 19de eeuw in gebruik. 

Contemporary artists also design tulip vases – vases with spouts – inspired by the blue and white flower pyramids that caused a sensation in the 17th century at the Delft pottery factories. Incidentally, these vases were also used for flowers other than tulips; the name tulip pyramid or tulip vase only came into use in the 19th century.

Charles II lakkabinet/lacquer cabinet 

Een kabinet, zoals deze, werd gemaakt in reactie op de vele lakkabinetten, die vanuit China en Japan in de late 17de eeuw naar Europa werden geïmporteerd door de VOC. Het kabinet werd gebruikt om zeldzame mineralen, schelpen en andere exotische voorwerpen in te bewaren. Bij gelegenheid werd de inhoud getoond aan belangstellenden. Kabinetten van dit type staan bekend als Hollands, maar werden ook in Engeland vervaardigd. De deuren van dit kabinet zijn aan de binnen- en buitenkant versierd met blauwwitte vazen, die Aziatisch porselein of Delfts aardewerk moeten imiteren. Deze vazen zijn gevuld met bloemen zoals anjers, tulpen en leliën.

A cabinet such as this was made in response to the many lacquer cabinets imported to Europe from China and Japan in the late 17th century by the VOC. The cabinet was used to store rare minerals, shells and other exotic objects. Occasionally, the contents were displayed to those interested. Cabinets of this type are known as Dutch, but were also manufactured in England. The doors of this cabinet are decorated on the inside and outside with blue and white vases intended to imitate Asian porcelain or Delft pottery. These vases are filled with flowers such as carnations, tulips and lilies.

Impressie van bollenvelden/Impression of bulb fields

De kleurrijke bollenvelden die Rita Kok en haar man Wim Kok (1938-2018) in het voorjaar zagen bij hun tochten door de Bollenstreek, inspireerden haar tot dit textielkunstwerk. Het is geweven van gekleurde linnen draden, die gemonteerd zijn om perspex staafjes. Zo ontstaat een driedimensionaal effect. Rita Kok maakte dit kunstwerk in 2011 in opdracht van Stichting de Witte Zwaan.  

The colourful bulb fields that Rita Kok and her husband Wim Kok (1938-2018) saw in the spring during their trips through the Bollenstreek inspired her to create this textile artwork. It is woven from coloured linen threads that are mounted on perspex rods, creating a three-dimensional effect. Rita Kok created this artwork in 2011 on commission by Stichting de Witte Zwaan.